Lijndienst
British United nam per 1 juli 1960 de lijndienst van London-Gatwick naar Rotterdam over. De DH-114 Heron werd gelijk vervangen door de Vickers Viscount. Dit toestel met zijn 61 zitplaatsen was op dat moment te groot voor deze dienst. Begin 1963 werd de Viscount op de dienst vervangen door de kleinere, maar nieuwere en daarmee confortabeler Handley Page HPR-7 Herald met 44 zitplaatsen. Deze Heralds vlogen bij een ander onderdeel van de Air Holdings Group, British United Channel Islands Airways. Juist om de uitwisselbaarheid binnen de Air Holdings Group maximaal te houden, waren alle toestellen voorzien van British United kleuren.
G-APWJ HPR-7 Herald in de kleuren van British United (zwarte band met rode letters) in de landing op Rotterdam (Nico Terlouw, Rotterdam, 1963)
London/Gatwick - Rotterdam | 1963 - 26/4/1965 |
British United (Channel Island) Airways | |
Handley Page HPR-7 Herald | G-APWE, G-APWF, G-APWG, G-APWH, G-APWI, G-APWJ |
Na de toetreding van Silver City Airways tot de Air Holding Group op 23 januari 1962, gevolgd door Jersey Airlines op 22 mei 1962, vond een verdere reorganisatie van de activiteiten plaats en werd op 1 november 1962 British United (Channel Islands) Airways geformeerd. De nieuwe reorganisatie bestond nu uit het samenvoegen van Silver City Airways met Channel Air Bridge tot British United Air Ferries welke de ferry diensten over het Kanaal verzorgden, British United Airways die de lijndiensten binnen en buiten Europa verzorgden en een derde poot welke onder de naam British United Channel Island Airways de activiteiten van Jersey Airlines (Kanaal Eilanden) en SIlver City Airways (Blackpool diensten) overnam.
Zoals de naam al aangeeft was dit onderdeel voor het grootste deel gebaseerd op de vluchten naar de Kanaal Eilanden. Het merendeel van deze vluchten werden uitgevoerd door Jersey Airlines, welke de vluchten op London in directe competitie met BEA uitvoerde. Hoewel de naam Jersey Airlines een grote marktwaarde had, werd besloten de activiteiten van deze maatschappij niet onder dezelfde naam door te laten gaan maar te integreren en zo bleef de maatschappij onder de oude naam nog even actief om op 1 augustus 1963 volledig in de BUA groep te worden opgenomen. De uitzondering binnen de holding bleef daarbij Morton Air Services welke onder zijn eigen naam wel door bleef vliegen. Op de interne verbinding tussen de Kanaal Eilanden waarbij de DH-114 Heron werd ingezet, werd de naam Jersey Airlines wel doorgevoerd.
Bij de start van British United (CI) Airways bestond de luchtvloot uit:
Vanuit de vloot van Silver City Airways:
- DC-3 Dakota's: G-AKNB, G-ALPN, G-AMJU, G-AMPZ, G-AMWV, G-AMYV, G-AMYX, G-ANAE, G-AOBN
Vanuit de Jersey Airlines vloot:
- DC-3 Dakota's: G-AMYJ, G-AMZF, G-AMZG, G-ANEG, G-ANTB, G-ANTC, G-AOUD
- DH-114 Heron's G-ANSZ, G-ANWZ
- HPR-7 Herald's G-APWE, G-APWF, G-APWG, G-APWH, G-APWI, G-APWJ
Zoals genoemd bleef Morton air Services onder eigen naam door vliegen en kreeg daarbij een deel van het lijnenpakket toegewezen. De vloot bestaande uit DH-104 Dove´s en DH-114 Heron´s werd daarbij uitgebreid met de van Silver City afkomstige DH-104 Dove G-AOYC en de ex-BUA DC-3 Dakota´s G-AMHJ, G-AMRA en G-AMSV.
De nieuw gevormde BU(CI)A vloot bestond voor het grootste deel uit DC-3 Dakota´s en DH-114 Heron´s. Jersey Airlines was wel gestart met een vloot vernieuwingsprogramma met een bestelling voor zes Handley Page HPR-7 Herald´s welke allen werden afgeleverd in de kleuren van Jersey Airlines maar waarbij de laatste twee (G-APWI en G-APWJ) al bij aflevering voorzien werden van British United opschriften.
De eerste Herald´s werden in januari 1962 afgeleverd en direct ingezet op de vluchten van en naar Jersey en Guernsey. De Kanaal Eilanden waren begin zestiger jaren een zeer geliefde vakantie bestemming en Jersey Airlines vloog in 1962 vanaf London, Bournemouth, Glasgow, Southampton, Manchester, Exeter, Parijs en Dinard naar Jersey met daarnaast diensten vanaf Parijs en London naar Guernsey en Alderney. Met de samenvoeging tot British United (CI) Airways werd eveneens de BUA dienst Gatwick-Jersey aan dit lijnennet toegevoegd.
Een tweede onderdeel van de nieuwe maatschappij waren de vluchten vanaf Blackpool. Deze werden uitgevoerd onder de naam Manx division en bestonden uit lijndiensten vanaf Blackpool, Leeds, Dublin, Belfast, Glasgow en Newcastle naar het Isle of Man.
G-AMYV Douglas C-47B Dakota in de British United kleuren. (archief Nico Terlouw)
In eerste instantie bleven alle toestellen in hun oude kleuren vliegen met de opschriften British United op de romp. Echter al snel werd algemeen het British United kleurenschema ingevoerd (zwarte band over de romp met de maatschappij naam British United in rood aangebracht). De Heralds, Dakota´s maar ook de Viscounts droegen daarbij allen hetzelfde kleurenschema welke de uitwisseling makkelijker maakte. Zo werden in 1963 de BUA Viscounts ingezet op de BU(CI)A diensten van London naar Jersey en Guernsey en werden de Herald´s vanaf begin 1963 ingezet op de BUA dienst London naar Rotterdam.
Al met al een grote DC-3 Dakota vloot van maar liefst 16 stuks die zorgden voor het uitvoeren van het merendeel van de kortere lijndiensten met een Herald vloot vooral ingezet op de langere diensten en de diensten met een hoge bezettingsgraad. De daarop volgende jaren waren er weinig veranderingen.
Veranderingen in de vloot traden pas in 1965 in. Op 14 april 1965 werd een van de DC-3 Dakota´s, de G-ANTB, afgeschreven bij een ongeval nabij Oak Walk, St.Peter op Jersey. Echter vanaf 1965 werden er meer Handley Page Heralds aangeschaft welk leidden tot een geleidelijke uitdunning van de Dakota vloot.
In november 1965 werd de Handley Page Herald G-ATHE van de fabriek gehuurd tot de aflevering van twee aanvullende Heralds. Hiervan werd de G-AVEZ in december 1966 afgeleverd, de ex HB-AAH van Globe Air, in januari 1967 gevolgd door de G-ASKK afkomstig van Sadia ex PP-ASU. DC-3 Dakota's die daarbij de vloot verlieten waren de G-ANEG welke in april 1965 vertrok voor verhuur aan Lebanese Air Transport als de OD-AEP. gevolgd in juni door de G-AMPZ als de OD-AEQ.
Met de inhuur van de Herald G-ATHE en de levering van twee nieuwe Heralds op komst werd de DC-3 Dakota vloot in 1966 verder uitgedund. De G-AMYV en G-AMYX vertrokken in maart en juni 1966 naar Hibernian Airlines als respectievelijk de EI-APB en EI-APJ en de G-AMZF vertrok in januari 1966 als CF-RTY naar North Coast Airways. De enkele maanden in 1966 aan Lebanese Air Transport verhuurde DC-3's werden na terugkomst eveneens verkocht waarbij de G-AMPZ in juni 1966 vertrok als TF-AIV naar Flygsyn en de G-ANEG in oktober vertrok naar Gulf Aviation. De nieuwe IJslandse maatschappij Flygsyn kreeg in juni 1966 eveneens de beschikking over de G-AMZG welke als TF-AIO werd afgeleverd.
Vanaf 1965 werd er door de de Air Holdings Group verlies gemaakt. Binnen de Air Holdings Group vonden een aantal verschuivingen plaats waarbij eind 1965 de beide DH-114 Heron's G-ANSZ en G-ANWZ en de DC-3 Dakota's G-AMYJ en G-AOUD en de lijndienst tussen Jersey en Plymouth aan Morton Air Services werden overgedragen.
Om de verliezen te beperken werden in 1967 een aantal niet rendabele lijndiensten geschrapt waardoor een aantal Dakota's overbodig werden. Zo vertokken in 1967 de G-AMYV in juni naar de South Arab Air Force als de 204 en werd de G-ANAE verhuurd aan Flygsyn als de TF-VON.
Herald G-ASKK werd bij aflevering gelijk voorzien van het nieuwe BUA kleurenschema. (Nico Terlouw, London-Gatwick, 1967)
Het vanaf eind 1966 breed ingevoerde nieuwe kleurenschema (blauwe met gele band) binnen de British United groep werd binnen de Channel Island divisie door al deze veranderingen niet geheel doorgevoerd. Alleen alle Heralds werden in 1966/1967 voorzien van dit nieuwe kleurenschema. Van de Dakota vloot werd alleen de DC-3 G-AKNB voorzien van dit nieuwe kleurenschema.
1968 werd het laatste jaar voor de Dakota''s met British United opschriften. De gehele overgebleven DC-3 Dakota vloot werd, met uitzondering van de G-AOBN. verkocht. De Dakota's G-AKNB en G-AMJU vertrokken naar Ulster Air Transport en de G-ANAE vertrok naar BASCO (Brothers Air Services) in Aden als de VR-ABY. Met het vertrek in augustus 1968 van de G-ANTC naar Hunting Surveys bleef alleen de DC-3 G-ALPN over. Deze Dakota werd in november 1968 op Ronaldsway buiten gebruik gesteld en kort daarop gesloopt.
Eind 1968 werd een verdere verandering van de Air Holdings Group doorgevoerd. BU(CI)A werd een onafhankelijke deelnemer met oogpunt per 1 januari 1969 winst te maken en zelf financieel onafhankelijk verder op te trekken, met als gevolg dat de activiteiten van British United Channel Island Airways en Morton Air Services werden samengevoegd en per 1 november 1968 samen verder gaan onder de naam British United Island Airways (BUIA).
Het kleurenschema werd daarbij direct minimaal aangepast, namelijk door de BUA kleuren te behouden met wijziging van BUA in BUIA op romp en in de staart. Naast de complete Herald vloot vanuit BUA werden nu de vier DH-114 Herons en vijf DC-3 Dakota's van Morton Air Services aan de nieuwe vloot toegevoegd. Twee van deze DC-3 Dakota's werden kort daarop verkocht. De C-47B Dakota G-AOUD vertrok in februari 1969 als N4848 naar Englerts Aviation Enterprises en de G-AMYJ in mei 1969 naar South West Aviation. De Heron vloot werd van vier terug gebracht naar drie door de verkoop van de G-AOGO aan ES & A Robinson op 10 juni 1969. Eveneens werd een van de HPR-7 Heralds verkocht en wel de G-APWI welke op 19 mei 1969 vertrok naar Far Eastern Air Transport als de B-2009.
De vloot voorzien van BUIA kleuren en opschriften bestond nu uit:
- HPR-7 Heralds: G-APWE, G-APWF, G-APWG, G-APWH, G-APWJ, G-ASKK en G-AVEZ
- DC-3 Dakota's: G-AMHJ, G-AMRA, G-AMSV en G-AOBN
- DH-114 Heron's: G-ANSZ, G-AOXL en G-ANWZ
De DC-3 Dakota vloot werden nu uitsluitend ingezet in de vrachtrol. De Dakota's G-AMHJ, G-AMRA en G-AMSV werden daarbij voorzien van het opschrift "Freighter" op de romp, de G-AOBN voerde het opschrift "Calibration Unit".
Om verder kosten te besparen te beparen werden op 31 december 1969 de diensten tussen Alderney en Gatwick en Southampton en de diensten tussen Jersey en Dinard, St.Brieux en Quimper (welke te maken hadden met een sterk teruglopend passagier aantal) gestaakt. Alle diensten werden daarbij direct overgenomen door een nieuwe maatschappij met de naam Alderney Air Services.
De activiteiten werden daarna ongewijzigd voortgezet tot 20 juli 1970. British United Island Airways werd overgenomen door de British Air Transport (Holding) Group, welke besloot de activiteiten voort te zetten onder de naam British Island Airways. Bij de overname was er geen plaats meer voor de DH-114 Heron binnen de nieuwe vloot, deze toestellen werden dan ook snel verkocht. De DH-114 Herons G-ANSZ en G-ANWZ werden op 1 juli 1970 verkocht aan Executive Air Engineering. De G-AOXL vertrok op 29 juli 1970 naar Schackleton Aviation.
G-ANSZ is een van de drie DH-114 Herons welke voorzien werden van BUIA kleuren. (Nico Terlouw,Gatwick, 1969)
British United Radio Calibration Unit
In 1960 ontving Silver City Airways een vijfjarig contract van het Ministery of Aviation voor het uitvoeren van radio calibratie in Cyprus, Bahrein, Lagos, Kano en Accra. In het begin van de jaren zestig werd de navigatie in de luchtvaart uitgevoerd op radiobakens, een controle met bijstelling van de signalen was van groot belang om de vliegveiligheid te waarborgen.
Bij Air Couriers op London-Gatwick werd de C-53 Dakota G-AOBN gereed gemaakt voor deze taak. Met de overgang van Silver City Airways naar British United bleef het toestel dit contract uitvoeren waarbij bij de eerste onderhoudsbeurt het kleurenschema en de opschriften werden aangepast. Na dit vijfjarig contract werden verschillende andere contracten verkregen allen in landen behorende bij het Gemenebest. Ook na de vorming van BUIA bleef deze Dakota in dienst en werd daarbij zelfs voorzien van de laatste BUIA kleuren met opschiften Calibration Unit op de romp. In februari 1970 werd voor de 38ste en laatste tour deze Dakota uitgezonden voor calibratie werk in Saudi Arabië en de Gulf Staten.
De C-53 Dakota G-AOBN van de British United Radio Calibration Unit was meestal werkzaam op contracten in het buitenland. Tussen de contracten door werd het toestel ook ingezet op chartervluchten. In 1967 was het toestel daarbij te zien op Rotterdam. (Nico Terlouw, Rotterdam, 9 mei 1967)
British United (CI) Airways-British United Island Airways op Rotterdam
De Heralds van BU(CI)A Airways werden volop ingezet op de lijndiensten, zodat het in het begin van de zestiger jaren vooral de DC-3 Dakota vloot was welke Zestienhoven bezocht. In 1962 behoorden de G-AMRA (nog voor de overdracht aan Morton Air Services) en de G-AOBN tot de eerste bezoekers. In 1963 werden naast de DC-3 Dakota. G-AMRA en G-AOBN eveneens de G-AMJU, G-AMWV en G-AMYV tot de bezoekers van de luchthaven. Het was de Dakota G-AMJU welke op 29 januari van 1964 als eerste een bezoek aan Rotterdam bracht, een dag later gevolgd door de Dakota G-ALPN, dat jaar zouden ook de Dakota's G-AKNB, G-AMWV, G-AMYV, G-AMYX en G-ANAE Rotterdam bezoeken,
Het jaar 1965 bracht niet minder dan negen verschillende BUA Dakota's naar Rotterdam. De eerste aankomst dat jaar was van de G-AMYV met een bezoek op 8 januari, we zouden deze DC-3 Dakota in totaal zes keer zien met veelal en retourtje Liverpool. Daarnaast de G-AMYX met een charter op 23 en 31 januari, welke in totaal zeven keer langs zou komen. De DC-3 G-ALPN verscheen op 10 en 18 februari, 28 april en 14 juni. Eenmalig was het bezoek van de G-AKNB op 18 maart terwijl de G-AMJU dat jaar zeven keer langs kwam BUA pikte een deel van de bollencharters mee waarbij de G-ANAE en G-AMWV in totaal zes keer werden ingezet. De DC-3 G-AMYJ was tweemaal te zien op 7 en 8 juli en tot slot de G-ANAE welke in het eind van het jaar op 24 november langs kwam en binnen een maand nog drie keer te zien was.
Net als in 1965 waren in 1966 de British United Dakota's een reguliere gast op Zestienhoven. Het eerste bezoek stamt al van 5 januari met de komst van de G-AMYX uit Liverpool, gevolgd door een zelfde retourtje door de G-AKNB op 27 januari. Liverpool bleef ook dat jaar de plaats waar vanuit British United de charters uitvoerde want ook op 21/2 (G-AMYX), 2/3 (G-AMJU) en 30/3, 5/12, 6/12, 8/12 en 21/21 (G-AKNB) en 18/8, 31/8, 21/9, 18/11, 28/12 (G-ALPN) werden vluchten vanuit en naar Liverpool uitgevoerd. Uitzondering was de G-AMYV welke op 31 oktober vanuit Liverpool aankwam en daarna door vloog naar Antwerpen. Ook in het bollenseizoen werd BU(CI)A ingezet met vluchten op Manchester (G-AKNB 6/4) en Blackbush (G-AKNB 2/5)
De DC-3 G-AKNB behoorde tot de eerste bezoekers in 1967 met de aankomst op 2 januari van en naar Liverpool (13.20 uur in, 17.10 uur uit). Het zouden ook dat jaar weer een groot aantal charters vanuit Liverpool worden in totaal 16x uitgevoerd door de DC-3's G-AKNB, G-AMYV, G-ALPN en G-AMJU. De Dakota G-AKNB was daarbij voorzien van de nieuwe BUA kleuren, dit geel met blauw zouden we niet op een andere Dakota aantreffen.
Tijdens de bollen voerden de DC-3 G-ALPN vluchten uit op Manchester en de G-AKNB en G-ALPN op Liverpool. Welkom bezoek tijdens deze periode was de komst van de DC-3 G-AOBN met de opschriften British United - Radio Calibration Unit die op dinsdag 9 mei werd ingezet voor een retourtje Gatwick (12.35 uur binnen, 17.35 uit). Dat jaar ook de eerste HPR7- Herald in de nieuwe BUA kleuren welk een charter uitvoerde en wel de G-ASKK die op 13.10 uur binnen kwam vanuit Blackbush en daar, om 17.17 uur, ook weer naar vertrok, veelal op een bijna maandelijkse charter vanaf en naar Liverpool.
In 1968 waren er geen BUA Dakota's meer te zien op Zestienhoven, wel de Heralds allen in de nieuwe BUA kleuren. Op 1 april 1968 was het de Herald G-APWH met een retourtje Liverpool, een vlucht welke twee dagen later herhaald werd. Op 15 mei de G-APWH met een retourtje Gatwick en de rest van het jaar vluchten op Liverpool en wel op 24/6 en 23/10 door de G-APWH, 24/10 door de G-APWG en tot slot op 9/12 door de G-APWE.
Het eerste bezoek van een Herald met de BUIA opschriften vond plaats op 16 januari 1969 met de komst van de G-AVEZ uit Liverpool. Na een night stop werd de volgende ochtend om 11.45 uur weer koers gezet naar Liverpool. De Heralds van BUIA zouden dat jaar regelmatig de luchthaven bezoeken met de inzet tijdens de bollenvluchten van 15 april tot en met 3 mei van de G-APWE, G-APWF, G-APWG, G-APWJ en G-ASKK die allen retourtjes London-Gatwick vlogen, de G-APWE met een retourtje Gatwick op 4/2, de G-APWJ met een vlucht Liverpool v.v. op 27/3 en de G-APWG met een zelfde vlucht op 8/10.
Op dinsdag 1 juli 1969 het eerste bezoek van een DH-114 Heron in volledige BUIA kleuren met de komst van de G-AOXL uit Norwich. Het zou een eerste van een reeks vluchten op dindag uit Norwich worden want een week later was het de G-ANWZ die langs kwam, gevolgd door de G-ANSZ op 15/7 en tot slot weer de G-AOXL welke op 22 juli deze vlucht uitvoerde.
In dat jaar ook het eerste bezoek van een vracht Dakota in BUIA Freighter kleuren en wel de G-AMHJ welke op 14 december als uitwijker van Schiphol om 02.30 uur vanuit Gatwick aankwam en daar na drie uur laden/lossen ook weer naar vertrok.
In het (halve) laatste jaar van het bestaan als British United Island Airways waren het natuurlijk de bezoeken van de BUIA DC-3 Freighters G-AMHJ, G-AMRA en G-AMSV die tijdens de havenstaking op 15 en 16 juli in totaal elf vluchten uitvoerden. Eenmaal was nog een Herald te zien en wel de G-APWE welke op 13 februari langs kwam van en naar London-Gatwick.
British United (CI) Airways/British United Island Airways vlootlijst
De enige DC-3 Dakota voorzien van het nieuwe BUA kleurenschema was de G-AKNB. Het toestel was in deze kleuren in 1967 te zien op Rotterdam. (Nico Terlouw, Rotterdam, april 1967)
HPR-7 Herald in BUIA kleuren was enige malen te zien tijdens de bollenvluchten in het voorjaar van 1969 (David Booster, Rotterdam, april 1969)
bronnen Air Britain Archive, British Independent Airlines, Airnieuws archieven
Wim Zwakhals, april 2012