Lijndienst
Rotterdam - Southend-on-Sea | vanaf 1/10/1958 tot 29/2/1971 |
Channel Airways |
DH-104 Dove | G-ANVU, G-AOBZ, G-AOZW, G-APAG |
Bristol B-170 Freighter | G-AICT, G-AIFO |
Vickers Viking | G-AGRU,G-AHOZ, G-AHPH, G-AIXR, G-AJFS, G-AJJN, G-AKTV, G-APOO, G-APOR |
Douglas DC-3 Dakota | G-AGNK, G-AGZB, G-AGZD, G-AHCU, G-AHCV, G-AJIB, G-ALXN, G-AMDZ, G-AMNW |
Douglas DC-4 | G-ARYY |
HS-748 | G-ATEH, G-ATEI, G-ATEJ, G-ATEK |
Vickers V.700 Viscount | G-ALWF, G-AMOA, G-AMC, G-AMOH, G-AMOI, G-AMOO, G-APTA, G-APZB, G-APZC |
Vickers V.812 Viscount | G-APPC, G-APPU, G-ATUE, G-ATVE, G-ATVR, G-AVHE, G-AVHK, G-AVIW, G-AVJL, G-AVNJ |
DH-114 Heron | G-ANCI, G-AOZM, G-APKW, G-AXFH |
BAC 1-11 | G-AVGP, G-AWEJ, G-AWKJ |
DH-104 Dove G-ANVU in de eerste geel/groen kleuren van Channel Airways (Nico Terlouw, Zestienhoven, 1959)
Time table uit 1957 (bron: timetable images.com)
G-AHOZ Vickers Viking van Channel Airways op de dienst naar Rotterdam
Channel Airways werd in 1955 de nieuwe naam voor East Anglian Flying Service, na vanaf 1947 onder deze naam gevlogen te hebben. De nieuwe naam werd geïntroduceerd met het in gebruik nemen van een aantal DeHaviiland DH-104 Dove's op het lijndiensten net van de maatschappij ter vervanging van de tot op dat moment in gebruik zijnde vloot van DH-89 Dragon Rapides. Het lijndiensten net welke van voorjaar tot najaar werd gevlogen bestond uit de diensten tussen Ipswich - Southend - Shoreham en Jersey en Guernsey, Southend - Shoreham en Parijs, Southend en Oostende en Rochester en Calais. De Channel Airways vloot bestond daarbij uit de DH-104 Dove's G-ANVU, G-AOBZ en G-AOCE en de DH-89A Rapides G-AEMH, G-AKIZ en G-AKRN met East Anglian Flying Services opschriften.
In 1956 werd, met de opening van het vliegveld Zestienhoven op 1 oktober, gestart met de lijndienst tussen Southend en Rotterdam. Deze lijndienst was de eerste lijndienst die door Channel Airways het hele jaar door werd gevlogen. De opening van de lijndienst werd uitgevoerd door de DH-104 Dove G-AOCE welke gasten vervoerde, direct gevolgd door de DH-104 Dove G-ANVU met een volledige lading van 11 passagiers. De Dove G-AOCE zou later die dag de tweede dienst uitvoeren, De Rotterdamse haven werd in die tijd steeds belangrijker als Europa's oliehaven, de nieuwe twee maal per dag gevlogen dienst was daarbij van belang voor zakenlieden. Naast deze zakenlieden werden toeristen vervoerd en werd kleine vracht meegenomen.
In 1957 vond een flinke vlootuitbreiding plaats. Van West African Airways werden nogmaals drie DH-104 Dove's aangekocht, de VR-NET, VR-NAJ en VR-NIT welke respectievelijk als de G-AOZW, G-AHRB en G-APAG werden ingeschreven. Als eerste van deze drie maakte de G-AOZW zijn debuut op de lijn naar Rotterdam op 5 april 1957. Daarnaast werd eveneens van West African Airways de Bristol B.170 Freighter Mk.21 VR-NAA aangekocht welke op 21 mei 1957 op Southend de hangaar uitrolde als de G-AIFO. Deze Bristol Freighter was ingericht voor het vervoer van passagiers en kon daarbij normaal gesproken 39 passagiers meenemen, echter voor de korte routes naar Oostende en Rotterdam werden er 48 stoelen in de kist geplaatst. De eerste aankomst op Rotterdam was echter als vrachtmachine waarbij de G-AIFO op 3 juni 1957 leeg uit Southend aankwam om 4,5 ton tomaten op te halen. In de zomermaanden werd het toestel ook als passagierskist op de lijndienst ingezet. Door de sterke groei van zowel het aantal passagiers als de vervoerde vracht, werd in augustus 1957 een tweede Bristol Freighter Mk.21 aangekocht, eveneens afkomstig van West African Airways VR-NAL, welke ingeschreven werd als de G-AICT. Echter deze Freighter bleef de gehele winter in opslag en zou pas op 22 mei 1958 in gebruik worden genomen. Op 15 januari 1958 diende het eerste ongeval zich aan toen de DH-104 Dove G-AOCE werd afgeschreven bij een noodlanding op het strand van Dungeness. Het toestel was vertrokken vanaf Rotterdam naar Southend maar moest door slecht weer uitwijken naar Lydd. Echter bij de landing stopten de motoren door benzine gebrek en moest een noodlanding op het strand uitgevoerd worden waarbij de vijf passagiers ongedeerd bleven.
G-AICT Bristol B.170 Freighter Mk.21 in de passagiersuitvoering bij Channel Airways (Nico Terlouw, Zestienhoven,1963)
Op 2 april 1958 startte Channel Airways als eerste maatschappij met een coach-air service, waarbij de passagiers met de bus naar Southend werden gebracht, daar met het vliegtuig naar Le Touquet werden overgevlogen, waar de bus gereed stond om de passagiers naar Parijs over te brengen. Deze dienst blijkt een geweldig succes en al snel moest naar grotere vliegtuigen uitgekeken worden. De keuze valt hierbij op de Vickers Viking, goed voor het vervoer van 40 passagiers, waarvan er in 1958 twee worden aangekocht, de G-AHPH en G-AHOZ, beiden afkomstig van Eagle Aviation. De Vickers Viking is sneller en comfortabeler dan de Bristol Freighter en wordt dan ook steeds meer op de lijndiensten vanaf Southend ingezet. In 1959 wordt de Viking vloot verder uitgebreid met de V.636 Viking G-AGRU afkomstig van British International, maar wordt de G-AHPH op 27 maart afgeschreven na een noodlanding op Southend. Als vervanger wordt de Viking G-AJJN van Continental aangetrokken. De Vikings hebben één nadeel, zij kunnen alleen opereren vanaf een verharde baan met voldoende lengte, dus niet vanaf Ipswich, Rochester, Shoreham en Portsmouth.
In 1960 wordt een belangrijke vlootwijziging ingevoerd door de aanschaf van een drietal DC-3 Dakota's afkomstig van BEA (G-AJIB, G-AMDZ en G-AGZD). De DC-3 met zijn (bij Channel) 40 zitplaatsen kon wel vanaf de grasvelden vertrekken. De vloot nu bestaande uit drie Dakota's, drie Vikings, twee Bristol Freighters en 4 DH-104 Dove's werden allen ingezet op de lijndiensten. Daarnaast kwam het bezoek aan de bloembollenvelden in Holland in zwang en werden er in de maanden april en mei duizenden toeristen voor een of meer dagen overgevlogen. Met de komst van de DC-3 Dakota's werd de DH-104 Dove G-APAG verkocht. Echter Channel Airways opereerde nog steeds voornamelijk in het voorjaar en zomerseizoen. In de stille wintermaanden werden alle vliegtuigen in opslag gezet met uitzondering voor de toestellen die de lijndienst Southend - Rotterdam bleven vliegen, de drie overgebleven DH-104 Dove's eventueel versterkt met een stand by Dakota. Daarnaast bleven een Dakota en Bristol Freighter stand by voor charterwerk.
G-AMDZ een van de vele Dakota's in gebruik bij Channel Airways (Nico Terlouw, Zestienhoven,1965)
Channel Airways was zo tevreden met de DC-3 Dakota vloot dat in 1961 deze vloot werd verdubbeld met de aanschaf van de G-AGZB, G-AGNK en G-AHCV allen eveneens afkomstig van BEA. Een jaar later werd de Dakota vloot uitgebreid met nogmaals drie ex BEA C-47's (G-AHCU, G-ALXN em G-AMNW) waardoor de vloot op negen stuks werd gebracht. Echter op 6 mei 1962 ging de Dakota G-AGZB verloren bij een ongeval waarbij in de mist bij de landing op Portsmouth tegen een heuvel werd opgevlogen. De vloot werd in 1962 verder uitgebreid met de komst van een Douglas DC-4 Skymaster, ex Riddle Airlines N33679, welke als G-ARYY op 20 april 1962 op Southend aankwam en van vrachtkist werd omgebouwd tot "high-density" passagierskist voorzien van liefst 88 stoelen (een record voor engelse DC-4 gebruikers). Deze DC-4 was pas in het begin van het 1962 seizoen gereed voor gebruik.
De Dakota vloot werd vooral ingezet op het charterwerk. In de maanden april en mei waren de vluchten naar de Hollandse bollenvelden populair waarbij in sommige weekends twee Vikings en vijf Dakota's binnen een uur op Zestienhoven aankwamen voor een dagvlucht met bollenbezoekers. Vanaf mei tot en met september werden de fly coach air vluchten populair waarbij de Engelse vakantiegangers over het Kanaal werden gevlogen en per bus naar hun bestemming in het zuiden van Europa werden gebracht. Middelpunt van deze activiteiten werd Oostende waarbij Channel Airways in het hoogseizoen wel 30 vluchten per dag uitvoerde.
In december 1962 werd het eveneens op Southend gebaseerde Tradair failliet verklaard. Op 20 december 1962 nam Channel Airways de vloot bestaande uit een Vickers V.707 Viscount en een aantal Vikings over waardoor de Viking vloot nu op negen stuks werd gebracht (G-AGRU, G-AHOZ, G-AIXR, G-AJFR, G-AKTV, G-APOO, G-APOP en G-APOR). De Vickers V.707 Viscount G-APZC was de eerste turboprop voor Channel Airways en voorzien van de opschriften van Channel Airways werd dit toestel op 4 april 1963 in gebruik genomen en maakte op 12 april 1963 zijn debuut op de lijndienst naar Rotterdam. Een dag later, op 13 april 1963, werd de DC-4 G-ARYY voor de eerste keer op de lijndienst naar Rotterdam ingezet. Met de komst van de Tradair vloot werden de oudste toestellen met de meeste vlieguren in 1963 buiten gebruik gesteld en/of verkocht, zoals de DC-3's G-ALXN (wfu). G-AGZD (vertrok naar Bahamas Airways als VP-BCC) en G-AGNK (wfu) en de Vikings G-AHOZ, G-AGRU, G-AIXR, G-AKTV en G-APOR (allen wfu). De overname van Tradair betekende ook voor Channel Airways de stap naar de IT charters. De Viscount werd in 1963 gelijk ingezet op een wekelijkse vakantievlucht van Southend naar Palma en de DC-4 vloog wekelijks naar Perpignan.
Met de introductie van de Vickers Viscount werd in 1964 een nieuw kleurenschema ingevoerd met de Golden Viscount staart. Hier de G-AMOJ op Rotterdam. (David Booster, Rotterdam, 1965)
Inmiddels in 1964 wilde de vakantiegangers, en met name de reisbureaus, direct naar hun vakantiebestemming gevlogen worden in plaats van het coach-air principe, daarnaast werd de vraag naar moderner vliegtuigen steeds duidelijker. Om aan deze vraag te kunnen voldoen werden eind 1963 zeven Vickers V.701 Viscounts van BEA aangekocht (G-ALWF, G-AMOA, G-AMOC, G-AMOE, G-AMOH, G-AMOJ en G-AMOO). De G-AMOA was de eerste van deze reeks welke in Channel kleuren in gebruik werd genomen en werd na de aflevering op 26 maart 1964 direct ingezet op de lijndienst naar Rotterdam. Niet alle afgeleverde Viscounts werden door Channel Airways in dienst genomen, de G-AMOC, G-AMOE, G-AMOH en G-AMOO werden direct verhuurd aan British Eagle. De overige drie Viscounts werden door Channel Airways in gebruik genomen en direct in het voorjaar 1964 ingezet op de bollenvluchten naar Zestienhoven welke in opdracht van Clarkson Holidays werden uitgevoerd.
In de zomer van 1964 werden de vakantievluchten uitgebreid naar Rimini, Barcelona en Biarritz. Met de introductie van de Vickers Viscounts werden de oudere Vikings uit dienst genomen. In 1964 vlogen alleen nog de G-AJFR, G-APOO en G-APOP en werden dat jaar nog volop op de lijndiensten ingezet. De laatste Viking op de lijndienst naar Rotterdam was de G-APOP welke op 31 december 1964 voor het laatst te zien was .Ook werd in 1964 afscheid genomen van de Bristol Freighter G-AIFO welke op 18 oktober 1964 na de dienst vanaf Oostende uit dienst werd genomen.
Door de aanschaf van British Eagle van eigen Viscounts werden de van Channel Airways gehuurde Viscounts geretourneerd en met de aanschaf van nog twee series 700 Viscounts (G-APZB en G-APTA van resp. Bahamas Airways en British Eagle) startte Channel Airways het seizoen 1965 met niet minder dan 10 Viscounts. Daarnaast vloog Channel nog met één Bristol Freighter (G-AICT), 5 Dakota's (G-AJIB, G-AHCU, G-AHCV, G-AMDZ, G-AMNW), DC-4 G-ARYY en de DH-104 Dove's G-AOBZ en G-ANVU. De vakantiecharters werden nu niet alleen van Southend maar ook vanaf Manchester gevlogen naar de bestemmingen Bordeaux, Malaga, Valancia, Palma, Barcelona, Perpignan, Genua, Rimini, Venetië en Ljubljana, De Viscounts vlogen daarbij in een 72 zits uitvoering. Het jaar 1965 zou het laatste jaar worden voor de Bristol Freighter G-AICT welke op 7 oktober 1965 uit dienst werd genomen.
Daarnaast werd er ook gezocht naar een vervanger van de DC-3 Dakota welke gevonden werd in de met 58 zitplaatsen uitgeruste HS-748. Na het 1965 seizoen werd de Dakota G-AJIB op 13 oktober 1965 buiten gebruik gesteld, gevolgd door de G-AMNW welke op 11 februari 1966 na een lijndienst op Rotterdam te hebben gevlogen uit dienst werd genomen, gevolgd door de G-AHCV op 12 april 1966, waardoor er in 1966 nog maar twee Dakota's beschikbaar waren (G-AHCU en G-AMDZ), De eerste twee HS-748'en (G-ATEJ en G-ATEK) werden in februari en maart 1966 afgeleverd waarbij de G-ATEJ op 1 maart 1966 voor het eerst op de lijndienst naar Rotterdam werd ingezet. De twee andere bestelde exemplaren (G-ATEI en G-ATEH) werden eerst verhuurd voordat ook zij in het najaar 1966 door Channel Airways in dienst werden genomen. De HS-748 verving de Dakota op de lijndiensten tussen Ipswich - Southend - Portsmouth - Jersey en in september 1965 werd een nieuwe dienst geopend tussen East Midlands en Southend.
G-ATEI HS-748 in de Channel kleuren met Scottish Flyer opschriften op de lijndienst naar Rotterdam. (archief Frank de Koster, Rotterdam,1969)
In april 1966 maakte Channel Airways de overname bekend van de Continental V.812 Viscount vloot (elf stuks) voor een bedrag van bijna 3 miljoen pond welke in het Engelse register werden ingeschreven als de G-APPC, G-APPU, G-ATUE, G-ATVE, G-ATVR, G-AVHE, G-AVHK, G-AVIW, G-AVJL, G-AVJZ, G-AVNJ. Het eerste exemplaar welke werd afgeleverd was de G-ATUE op 29 april 1966. Deze V.812 Viscounts werden voorzien van 82 stoelen. De komst van de V.812 Viscounts betekende dat de oudere V.700 series Viscounts werden afgestoten. Een aantal toestellen werden verkocht aan Cambrian Airways, andere werden verhuurd aan Bahamas Airways en BKS. Voor het 1966 seizoen bleven echter vier exemplaren (G-AMOJ/ AMOH/ APZB en APZC) in dienst en werden vooral ingezet op de kortere routes. Met de komst van de nieuwe V.812 Viscounts werden direct twee exemplaren (G-ATVE en G-ATVR) verhuurd aan Treffield International. De rest werd in 1966 en 1967 ingezet op een steeds uitgebreider vakantieprogramma welke nu ook gevlogen werd vanaf Bristol en Cardiff.
Eind 1966 betekende het eind van het Dakota tijdperk waarbij de laatste twee actieve Dakota's (G-AHCU en G-AMDZ) welke gebruikt werden op de lijndienst naar Oostende uit dienst werden genomen waarbij de G-AMDZ op 2 oktober 1966 zijn laatste vlucht maakte.
In het voorjaar van 1967 werden de V.812 Viscounts in grote getalen, in opdracht van Clarkson Tours, ingezet op het bollenprogramma naar Rotterdam met vluchten vanaf Birmingham, Bristol, Cardiff, Gatwick, Glasgow, Manchester, Newcastle, Southampton, Exeter en Southend. De verhuur aan Treffield was van korte duur want op 24 juni 1967 staakte deze maatschappij alle activiteiten waarbij de Viscounts G-ATVE en G-ATVR eveneens werden toegevoegd aan de Channel Airways vloot.
Na jarenlang vrij van ongelukken te hebben gevlogen werd 1967 een beladen jaar. Op 3 mei 1967 verongelukte Viscount G-AVJZ tijdens zijn eerste tetstvlucht vanaf Southend waarbij twee mensen op de grond omkwamen. Op 15 augustus 1967 schoten twee van Channel Airways HS-748'en (G-ATEH en G-ATEK) door op het natte gras van Portsmouth met direct gevolg dat alle vluchten naar Southampton werden overgeplaatst. Als vervanger van de twee beschadigde HS-748'en werd direct DC-3 Dakota G-AMDZ weer in gebruik genomen om vanaf 25 augustus 1967 weer de diensten te vliegen. De Dakota zou dienst doen tot 24 september 1967 toen na de dienst vanaf Oostende deze Dakota bij Channel Airways uit dienst werd genomen. Kort daarvoor, op 16 september 1967 maakte ook de DC-4 G-ARYY zijn laatste vlucht vanaf Oostende naar Southend waardoor op de DH-104 Dove G-ANVU na, de gehele vloot uit turbo-prop toestellen bestond.
Channel Airways DC-4 G-ARYY in de landing op Rotterdam (Nico Terlouw, Zestienhoven. 1964)
Tijdens de Farnborough Show in september 1966 maakte de maatschappij bekend vier BAC 1-11 srs 408EF's te hebben besteld. Daarvan werden er drie afgeleverd (G-AVGP, G-AWEJ en G-AWKJ) voorzien van een "high density configuration" met 99 stoelen. Het eerste afgeleverde toestel was de G-AVGP welke op 14 juni 1967 op Southend werd afgeleverd en op 16 juni zijn eerste vlucht voor Channel Airways uitvoerde op de lijndienst naar Rotterdam. Na een goed jaar, op 13 mei 1968, keerde deze BAC 1-11 alweer terug naar de fabriekant. De BAC 1-11's werden direct na aflevering ingezet op de vakantievluchten vanaf Southend, Stansted, Bristol, Cardiff, East Midlands, Teesside, Manchester en Berlijn naar bestemmingen in het zuiden van Europa. Op 5 oktober 1967 bestelde Channel Airways twee HS-121 Tridents 1E 's (G-AVYB en G-AVYE) welke voorzien waren van 139 zitplaatsen en een versterkte vloer en in mei en juni 1968 werden afgeleverd. Met de komst van de Tridents werd het zomer vakantiewerk sterk uitgebreid door de overname van de reizen van Hourmount Travel welke eerder door Cambrian werden gevlogen.
G-AVYB HS-121 Trident 1E met Channel Airways Continental Golden Jet in de staart. (archief Wim Zwakhals)
De komst van de jets betekende dat de eerste Viscounts uit dienst werden genomen. In eind 1967 was dit de G-APZB die als eerste op Southend werd geparkeerd. Vanaf januari 1968 werden de G-AVHE en G-AVNJ verhuurd aan Air Ferry. Op 4 mei 1968 schoot Viscount G-APPU 's avonds bij slecht weer door op Southend na een landing op de dienst vanaf Rotterdam en werd daarbij afgeschreven. De Viscount vloot voor 1968 bestond daarbij uit twee series 700 Viscounts (G-APTA en G-APZC) en zeven V.812 Viscounts. Op 20 januari 1969 startte Channel Airways met de "bus-stop" dienst tussen Bournemouth -Southend -Luton - East midlands -Leeds - Teesside -Newcastle -Edinburgh - Aberdeen welke gevlogen werd met de Viscount G-AVIW en de HS-748 G-ATEI. Beiden vliegtuigen werden voorzien van de opschriften "Scottish Flyer" op de romp. De lijndienst tussen Southend en East Midlands werd hierbij geintegreerd in het nieuwe programma. De bus stop dienst werd echter hetzelfde jaar, op 28 november 1969, gestopt nadat de verliezen tot meer dan 160.000 pond waren opgelopen.
In 1969 kreeg Southend steeds meer geluidsklachten over het gebruik van de BAC 1-11's vanaf de korte baan waardoor besloten werd de vakantievluchten met de BAC's naar Stansted te verplaatsen.
Na het 1968 seizoen werden de laatste twee series 700 Viscounts (G-APTA en G-APTB) uit dienst genomen. Channel Airways zocht naar een kleiner vliegtuigtype welke kon worden ingezet op de diensten met een lage bezettingsgraad en zowel van de grasvelden kon worden ingezet. Het project om DH-104 Dove's om te bouwen tot CJ-600A's waarvoor van Morton AS de Dove's G-AJBI, G-ANVC en AP-AGJ werden aangekocht, welke in september 1967 over de weg van Gatwick naar Southend werden overgebracht, werd verlaten waarbij de beslissing voor een nieuw type op de DH-114 Heron uitkwam. Van de zes DH-114 Herons die werden aangekocht zouden er echter maar vier in gebruik genomen worden (G-ANCI, G-AOZM, G-APKW en G-AXFH). De G-ANCI werd als eerste Heron op 14 november 1968 in gebruik genomen en na een aantal trainingsvluchten werd deze DH-114 Heron op 20 november ingezet op de lijndienst naar Rotterdam als vervanger van een Viscount. De overige Herons werden in de eerste maanden van 1969 aan Channel Airways afgeleverd, de laatsten waren daarbij de G-AXFH welke op 29 juli 1969 op Southend werd afgeleverd en de G-APKW op 3 september 1969 voorzien van "Air England" opschriften, een paar dagen later op 6 september was dit toestel op de dienst CW963/964 op Rotterdam te zien. Het zou echter het enige vliegtuig van Channel Airways worden welke van deze opschriften voorzien werd. Eind 1969 werd echter de eerste Heron (G-ANCI) uit dienst genomen. De Heron G-AOZM werd in de winter 1969/1970 volop ingezet op de lijndienst naar Rotterdam en werd op 20 februari 1970 uit dienst genomen.
G-APKW DH-114 Heron 1B met de Air England opschriften. (David Booster)
In 1970 kocht Channel Airways vijf ex Olympic en BEA DeHavilland DH-104 Comet 4B's aan. Deze Comets werden voorzien van 106 zitplaatsen en aangeschaft om het zomerprogramma van Lyon Tours uit te voeren. De ex Olympic Comets (G-APYK ex SX-DAK, G-APYD ex SX-DAL, G-APZM ex SX-DAN en G-ARDI ex SX-DAO) stonden al sinds het voorjaar van 1969 in opslag op Cambridge en werden tussen januari en juni 1970 afgeleverd. Daarnaast werd een Comet 4B van BEA overgenomen, de G-APMB. Alle DH-104 Comets bleven vliegen in de kleuren van de vorige eigenaar met op de romp aangebracht de Channel Airways opschriften. In het voorjaar 1970 werden de Comets direct ingezet op de bollenvluchten naar Rotterdam. In de zomer vlogen de Comets het uitgebreide vakantieprogrammma vanaf Birmingham, Bristol, East Midlands, Glasgow, Manchester, Newcastle en Stansted naar het zuiden van Europa. Met de komst van de Comet werd de Viscount vloot verder gereduceerd tot vier toestellen (G-ATUE, G-ATVR, G-AVIW en G-AVJL) die voornamelijk op de lijndiensten werden ingezet. Ook de laatste HS-749 van de vloot, de G-ATEI, werd verkocht.
In oktober 1970 maakte Channel Airways bekend vanaf 3 november 1970 de BAC 1-11 in te zetten op de lijndienst van Southend naar Rotterdam. Als de "30 minuten jet vlucht" werd reclame gemaakt, zie onderstaande time table.
Time table voor de winterdienst 1970/1971, de 30 minuten jet service.
G-AWEJ BAC 1-11 srs 408EF Channel Airways (David Booster, Rotterdam, 1969)
Het zomerseizoen van 1971 verliep minder goed voor Channel Airways. Zowel een van de Tridents als een aantal Comets stonden aan de grond door het gebrek aan onderdelen. De problemen met de Comets werden deels opgelost door een Mexicaanse Comet aan te kopen voor onderdelen. Echter het zomerprogramma kende veel vertragingen en uitval waarbij veel vliegtuigen van andere maatschappijen ingehuurd moeten worden. Aan het eind van het seizoen werden beide HS-121 Tridents verkocht, de G-AVYB aan Northeast Airlines en de G-AVYE aan BEA en werd de Comet 4B G-ARDI op Southend uit dienst genomen.
Echter de winter 1971/1972 was een bijzonder slechte periode voor Channel Airrways. De Comets stonden zonder werk aan de grond en de lijndiensten kenden een zeer lage bezetting. Inmiddels was ook de Viscount G-ATVR buiten gebruik gesteld, zodat de lijndiensten werden gevlogen door de twee BAC 1-11's (G-AWEJ, G-AWKJ), drie Viscounts (G-ATUE, G-AVIW en G-AVJL) en twee Herons (G-APKW, G-AXFH). Daarnaast was nog steeds de DH-104 Dove G-ANVU in dienst welke voornamelijk werd ingezet om de crews op de juiste vertrekplekken te krijgen.
Op 15 januari 1972 werden alle jet activiteiten gestaakt en werden alleen nog de lijndiensten gevlogen. Op 29 februari 1972 werden alle activiteiten gestaakt. Viscount G-AVJLvloog nog wel de ochtend dienst naar Rotterdam, maar de middagvlucht werd gecancelled zodat dit tevens de laatse lijndienstvlucht op Rotterdam was. Viscount G-ATEU vloog Bournemouth - Jersey - Southend en Heron G-APKW voerde de laatste Channel Airways vlucht uit met de lijndienst tussen Oostende en Southend.
In 1972 werden de overgebleven toestellen van de Channel Airways vloot verkocht. De vier overgebleven Comets (G-APMB, G-APYC, G-APYD en G-APZM) werden verkocht aan Dan-Air London, de drie Viscounts G-ATUE, G-AVIW en G-AVJL vertrokken naar de nieuwe maatschappij Alidair die gelijk een deel van het Channel Airways werkpakket overnam. De beide BAC 1-11's G-AWEJ en G-AWKJ werden respectievelijk op Southend en Hurn in opslag gezet en vonden pas een jaar later een koper en de twee overgebleven DH-114 Herons (G-APKW en G-AXFH) verrokken naar Peeters Aviation. DH-104 Dove G-ANVU welke in november 1954 door Channel Airways in gebruik werd genomen, werd in augustus 1972 verkocht aan een eigenaar op Biggin Hill.
Hoewel gehoopt werd dat deze zestien jaar oude verbinding tussen Southend en Rotterdam door een andere gebruiker zou worden overgenomen, gebeurde dit niet en werd daarmee een hoofdstuk uit het begin van Zestienhoven afgesloten.
G-ARDI DH-104 Comet 4B in Olympic kleuren tijdens de bollenvluchten in 1970 (Wim Zwakhals, Rotterdam, 3 mei 1970)
Channel Airways vlootlijst
G-AVHK V.812 Viscount was een van de twee toestellen uit de Channel Airways vloot welke voorzien werd van Scottish Flyer opschriften. (David Booster, Rotterdam, 1969)
G-AGRU Vickers V.636 Viking in de kleuren van Channel Airways bij Avioresto in Soesterberg. (Wim Zwakhals, Soesterberg, 21 augustus 1971)
bronnen: Airnieuws archieven, Propliner, British Independent Airlines
Wim Zwakhals