Vliegfeest 1965

De Delftse studenten Aeroclub werd in 1965 gevraagd een vliegfeest te organiseren. Een tweede luchtvaartfeest op Zestienhoven, want ook op 15 april 1961 had al een vliegmeeting, georganiseerd door dezelfde groep, plaats gevonden. Zaterdag 2 oktober 1965 was de dag van deze tweede luchtvaartmeeting waarbij de eerste bezoekers, de Kon.Marine Neptune 216/V en Short Skyvan G-ASCN zich al een dag eerder op Rotterdam gemeld hadden.
De Kon. Marine was aanwezig in 1965 met de Agusta/Bell AB.205, door de Amerikanen aangeduid als de UH-1D                    (foto archief Henk Wadman).
De Vliegclub Rotterdam stond in oktober 1965 nog maar net in zijn kinderschoenen en bestond vooral uit een groep vliegers met eigen vliegtuigen die zich verzameld hadden en in 1964 de vliegclub hadden opgericht. Inmiddels waren twee Jodel D-117's aangekocht waarvan de PH-VRA werd voorgevlogen, dit gebeurde in formatie samen met de Jodel D-117 PH-GHE, de Piel CP.301A Emeraude PH-VKT en Scintex CP.1315C Emeraude PH-ORD. Vlieglessen op Zestienhoven werden gegeven door de Nationale Luchtvaart School welke de show opluisterde met de DH-82A Tiger Moth PH-UAG die voor deze gelegenheid het spandoek voortrok met de tekst "Leer vliegen bij de NLS" . Naast de Tiger Moth vloog de Nationale Luchtvaart School nog voor met een formatie bestaande uit Mooney M.20A PH-HRC, de nieuwe Piper Pa-28 Cherokees PH-NLS en PH-ONY en een trio Piper Cubs bestaande uit de PH-UCR, PH-UCZ en PH-NKC
De vliegopleiding voor de professionele vlieger werd verricht door de Rijksluchtvaartschool en deze was vertegenwoordigd door een vijftal Saab S-91D Safirs (PH-RLC, RLD, RLO, RLT en RLU), de Beech D-18S PH-UDS en MS.760B Paris PH-MSS. Zowel het voorvliegen van de MS.760B Paris als een formatie van de Beech D-18S met vier Saab Safirs vormde een onderdeel van de show. Ook de KLM nam deel aan het evenement en wel met de DC-8-55T PH-DCT, de laatste aanwinst van de KLM welke een paar maal over de baan scheerde.
.
De Rijksluchtvaartschool vloog voor met een formatie bestaande uit Beech D-18S PH-UDS en vier Saab S-91D Safirs                   (foto archief Henk Wadman).
Een nieuw type welke zijn opwachting maakte tijdens de show was de Short Skyvan. Alleen het prototype, de G-ASCN, welke in januari 1963 zijn eerste vlucht had gemaakt was op dat moment het enige vliegende exemplaar.  Het tweede prototype zou pas in oktober 1965 zijn eerste vlucht maken, waarna de eerste exemplaren in maart 1966 de fabriek uit zouden rollen. Dit eerste prototype, G-ASCN, een series 1a (c/n SH.1828) was nog voorzien van de kleuren van Aeralpi (blauwe band over de romp) zoals de Skyvan op de Parijse Luchtvaartshow in juni dat jaar had voorgevlogen. Aeralpi was een kleine Italiaanse maatschappij welke met een bestelling van twee stuks tot de eerste gebruikers behoorde.

De Klu in jaren vijftig stijl met de demo van de Hawker Hunter Mk.6 N-262                                                              (archief Hank Wadman)
De vliegshow was voor een groot deel vooral een militair feest met naast de deelname van de Klu en MLD een vertegenwoordiging van de RAF en Royal Navy, USAF en Franse Luchtmacht
De Koninklijke Luchtmacht zat in het midden van de jaren zestig in een transformatie proces en zodoende waren er op de show naast de nieuwste modellen nog wat materiaal van de jaren vijftig te zien. Nieuw waren de Sud SE.3160 Alouette lll's waarvan de eerste twee exemplaren, de A-208 en A-209, net een jaar eerder op 31 juli 1964 waren afgeleverd. Deze twee Alouette's tezamen met de A-267 werden die dag getoond. Vanaf naastgelegen vliegbasis Ypenburg toonde het 334 sqn de Fokker F-27M Troopship C-10 en C-11 met een paradropping. De Lockheed F-104G Starfighter D-8318 behoorde tot de laatste bij Fokker gebouwde Starfighters en vloog voor vanaf Leeuwarden waar het toestel dienst deed bij het 323 sqn. Eveneens van Leeuwarden, maar vanuit het 325 sqn werd Hawker Hunter Mk.6 N-262 voorgevlogen. Deze behoorde tot de laatste vliegende Hunters in Nederland. In augustus 1968 werden de laatste Klu Hunters F-6 en T-7 overgevlogen naar Dunsfold na verkoop aan Hawker Siddeley. Hunter N-262 kreeg hierbij de tijdelijke registratie G-9-220, en werd gebruikt voor onderdelen. Eveneens voor het laatst te zien was de North American NA-16ND Harvard B-167, deze Harvard werd in 1966 door de Klu buiten gebruik gesteld en zou in het eind van de zestiger jaren worden gesloopt.
De Marine Luchtvaart Dienst maakte op de show zijn opwachting met drie Agusta/Bell UH-1B's (220, 226 en 227), twee Grumman S-2A Trackers (149 en 165) en twee Lockheed SP-2H Neptunes (201 en 206).
Het 32FS op Soesterberg vloog met de Convair F-102A Delta Dagger voor in een straffe formatie.     (archief Henk Wadman)
Op deze dag vond ook het eerste bezoek van een Lockheed C-130 Hercules aan Rotterdam/Zestienhoven plaats. Een USAF C-130A s/n 60532 met als thuisbasis 7404CSW op Rhein-Main kwam langs en maakte een landing op de baan. Het toestel was voorzien van een natural metal finish kleurenschema, zoals de toestellen oorspronkelijk aan de USAF werden afgeleverd. De USAF was in 1965 geheel georganiseerd in kader van de koude oorlog en daar de McDonnell F-4 Phantom pas een jaar later zijn intrede in Europa zou doen, leverde deze deelname een bezienswaardigheid aan toestellen op.
Het 32 Fighter squadron op Soesterberg vloog sinds 1960 met Convair F-102 Delta Daggers en werd daarmee fighter intercepter squadron. De F-102 Delta Dagger was de eerste supersonische onderscheppingsjager met  'all weather" capaciteit en tevens het eerste operationele USAF toestel met delta vleugels. Zijn enige missie was het onderscheppen van Russische bommenwerpers en deze daarbij neerhalen. Het 32ste FS kwam tijdens de show langs met een formatie van vier Delta Daggers met de serials 60996, 61014, 61236 en 61245. De supersonische fighter bomber uit het begin van de jaren zestig was de Republic F-105D Thunderchief. De F-105D was een eenpersoons versie ontwikkeld voor het afwerpen van zware bommen op de verschillende militaire doelen en werd voor het eerst in 1961 binnen Europa ingezet bij het 36TFW op Bitburg AB en bij het 49TFW op Spangdahlem AB. Wellicht  was het bezoek van de twee F-105D Thunderchiefs 05380 en 10100 tijdens deze show het laatste moment om nog een Thunderchief te bewonderen want binnen een jaar werd de F-105D Thunderchief binnen Europa vervangen door de F-4D Phantom.
Net zo spectaculair als de Thunderchief was het voorvliegen van twee RF-101C Voodoo's, de 60315 en 60696, het werkpaard van de USAF voor de foto verkenning. Binnen Europa werden drie squadrons uitgerust met de RD-101C Voodoo gebaseerd op Bentwaters en Woodbridge, hierbij stond het 78th Tactical Fighter squadron gebaseerd op Woodbrige en het 91st en 92nd op Bentwaters. In 1966 werden ook deze toestellen vervangen door de F-4C Phantom. Tot slot de North American F-100 Super Sabre, vertegenwoordigd door de s/n 63024 en 63814 vanaf Ramstein. Deze aanvalsjager was nog wat langer te zien en werd door de USAF pas in 1968 vervangen door de Phantom.

XH619 Handley Page Victor BK.1 Royal Air Force                                                                                                    (archief Henk Wadman)
Ook de Royal Air Force was vertegenwoordigd en vloog met de Handley Page Victor BK.1 XH619. Deze Visctor was gebouwd als een B.1 bomber, echter met de beschikbaarheid van de B.2's werd dit toestel in 1965 verbouwd tot BK.1 met een refuelling punt onder de romp. Een paar jaar later werd dit toestel verbouwd tot K.2 tanker waarbij de refuellingpoints werden uitgebreid met twee pods onder de vleugels. Naast deze Victor werd eveneens voorgevlogen met Hunter T.7A XL611, een toestel afkomstig van A&AEE Boscombe Down. Naast de Royal Air Force was de Royal Navy  aanwezig met de Avro Shackleton MR.3 XP703 van het 206 sqn.  De Franse Luchtmacht vloog voor met een tweetal Dassault Mirage lllC's, waarvan alleen op een van de twee toestellen het nummertje 2-EF gespot werd.
Heel knap was het in 1965 met niet minder dan twee stuntteams op een show te verschijnen. De Red Arrowa waren nog maar net in 1965 geformeerd, het team werd hierbij samengesteld uit zeven Folland Gnats van de Central Flying School en maakte zijn debuut op Kemble op 5 mei 1965. In 1965 werden 65 demonstraties gegeven in Engeland, Frankrijk, Belgie, West-Duitsland, Italie en Nederland. Het team werd uitgerust met drie kleuren rook, rood, wit en blauw dat werd verkregen door verschillende soorten diesel in het jet uitlaat systeem te spuiten. Het eerste kleurenschema in 1965 voor de Folland Gnats was Post Office Red met roundels op zes plaatsen.
Daarnaast  de Patrouille de France met de Fouga CM-170 Magister. Hoewel de Patrouile de France al in 1957 werd opgericht met de CM-170 Magister werd in 1964 besloten de Magister te vervangen door de Mystere IV.  Dit duurde enige jaren tot dat op 20 februari 1965 de Patrouille de France werd ondergebracht bij de l' Ecole de de l'Air en werd weer overgestapt op de Fouga CM-170 waarbij de piloten geheel vrijgemaakt werden voor het uitvoeren van de demonstraties.
De Red Arrows geven een demonstratie met de Folland Gnat                                                                             (archief Henk Wadman)

Deelnemers vliegfeest 2 oktober 1965

Militair

De twee Republic F-105D Thunderchiefs in actie op de luchtvaartshow                                                                                     (archief Henk Wadman)

Tijdens de show gaan de lijndiensten door, uiteraard de Vickers Viscount op de KLM dienst naar London. Links op de foto de Aeralpi Skyvan G-ASCN                                                                                                                                                                (foto archief Henk Wadman)
bronen:  Airnieuws archieven, Henk Wadman
Wim Zwakhals, februari 2012